
Een slanke optischeschijfeenheid van 9,5 mm installeren
1. Zorg dat alle beveiligingsapparaten die het openen van de computer verhinderen, zijn verwijderd of
ontkoppeld.
2. Verwijder alle verwisselbare media, zoals een cd of USB-ashdrive, uit de computer.
3. Sluit de computer via het besturingssysteem af en zet vervolgens alle externe apparatuur uit.
4. Haal de stekker uit het stopcontact en ontkoppel eventuele externe apparaten.
VOORZICHTIG: Er staat altijd spanning op de systeemkaart wanneer het systeem is aangesloten op
een actief stopcontact, ongeacht of het systeem is in- of uitgeschakeld. Haal de stekker van het
netsnoer uit het stopcontact om schade aan de interne onderdelen van de computer te voorkomen.
5. Verwijder het toegangspaneel van de computer. Zie Het toegangspaneel van de computer verwijderen
op pagina 8.
6. Als u een dunne optischeschijfeenheid installeert in een schijfruimte die wordt afgedekt door een
afdekplaatje, moet u eerst het voorpaneel verwijderen en daarna het afdekplaatje verwijderen. Zie Het
afdekplaatje van een optischeschijfeenheid verwijderen op pagina 11 voor aanvullende informatie.
7. Volg de aanwijzingen voor het verwijderen van de optischeschijfeenheid als er een is geïnstalleerd.
Raadpleeg Een slanke optischeschijfeenheid van 9,5 mm verwijderen op pagina 22.
8. Lijn de kleine pin op de ontgrendelingsbeugel uit met het kleine gat aan de zijkant van de schijfeenheid
en druk de vergrendeling stevig op de schijfeenheid.
24 Hoofdstuk 2 Hardware-upgrades
Comentarios a estos manuales